LANGS DE WESTKUST VAN DE 'FIRTH OF THAMES'
Een lekker lome sightseeing tour vandaag langs de westkust van de Firth of Thames. Zonder duidelijk plan, zonder duidelijk doel, gewoon rijden langs het water en stoppen waar het mooi is. Het weer zit niet echt mee. Het is koud en erg winderig maar dat kan snel veranderen in dit land - al meegemaakt. Warm jasje mee, water en snacks mee, Croky mee en vertrekken naar de eerste stopplaats Miranda (waar we een tijdje geleden kust- en watervogels gingen spotten).
Nog steeds te koud en het waait hier behoorlijk hard. Omwille van het beschermde Shorebird Reserve, is het onmogelijk om hier tot aan het strand te geraken. Dan maar doorrijden naar de volgende halte op de East Coast Road. Dat is Kaiaua, bekend van zijn legendarische Fish & Chips Shop maar het is nog te vroeg voor de lunch en aan het strand waait het zo erg dat zelfs Croky moeite heeft om even de vleugels te strekken en wat rond te vliegen. De sukkel vliegt achteruit met de wind mee in plaats van vooruit. Snel terug de auto in en de schilderachtige kustweg verder volgen naar Whakatiwai.
Kleine vakantiehuisjes pal aan het water, kleurrijke vissershuisjes met bloementuintjes, achter elke bocht komt iets moois tevoorschijn. Eindelijk klaart de lucht op, komt de zon er door en het kleine keienstrandje nodigt uit om te genieten van het blauwe water en een zeldzame pohutukawa die nog rode bloemen draagt. De kleine, bijna vergeten dorpjes zijn soms maar één straat groot en bestaan voornamelijk uit kampeerterreinen. Behalve wat veld- en akkerweggetjes, zijn wegen in dit deel van het land uiterst zeldzaam.
Wharekawa glijdt voorbij en het groene Whakatiwai Regional Park met zicht op de bergtoppen van de Hunua Ranges. Huisgemaakte milkshake, een ambachtelijke pottenbakkerij, houtsnijwerk - hier wordt handenarbeid gewoon vanuit de huiskamer verkocht. In de buurt van Matingarahi is een deel van de weg nog onverhard. Dit plaatsje is niet meer dan een stipje op de kaart maar in werkelijkheid een zalig verlaten strand: water aan de ene kant - kustbomen en struiken aan de andere kant - Croky kan eindelijk een toertje vliegen.
Vanaf dit punt buigt de route landinwaarts en zijn de oevers van de baai erg moeilijk en enkel te voet te bereiken. In Orere loopt er dan toch weer een zijbaantje naar de kust (gevonden dankzij Google Maps) en naar het Orere Point Beach Reserve. Opnieuw een bijna verlaten strand met grillig gevormde pohutukawa's en door de zee witgewassen boomstronken en takken. De lange wandeling doet deugd. Dit is letterlijk "uitwaaien" tot de rotsige oever ons dwingt terug te keren.
Vanaf Orere zijn de inhammetjes en oevers van de baai even niet meer bereikbaar met de auto en gaat de kronkelige weg door golvende heuvels, langs bossen en akkerland. Geweldige uitzichten - hier wordt een mens blij van! Van het groene binnenland recht naar het strand. Dit is Kawakawa Bay. Drukker, actiever, toeristischer, met speelpleintjes en picknickweiden. Veel stijlvolle en moderne kustvilla's aan de rand van het water met een spectaculair uitzicht op de eilanden in de Hauraki Gulf.
De beste Nieuw-Zeelandse oesters worden iets meer naar het noorden in de Kauri baai gekweekt: 'Clevedon Coast Oysters' - bekend tot in Amerika. Tijd voor een late lunch, niet met oesters maar met een visschotel - dit is tenslotte een kuststreek met veel visrijke baaien. De hoofdstraat van het kleine Clevedon is een aaneenschakeling van 'Seafood Takeaways' - veel food voor weinig geld - simpel maar lekker. Veel valt er verder niet te zien in dit plattelandsdorpje maar het is een goede startplaats om naar het uiterste punt van de westkust van de baai van Thames te rijden.
Vanaf het centrum van Clevedon voert North Road recht naar de Maraetai Coast Road - een schitterende weg vlak langs het water - en naar Maraetai Beach met leuke terrasjes, witte vakantiehuizen tegen de heuvels op gebouwd en een mooie wandelweg naar de werf en het haventje met een panoramisch zicht op 'Waiheke Island' in de 'Hauraki Gulf'.
Veel, heel veel moois gezien vandaag en dan is de vraag: waarom vergeten de reisgidsen dit mooie stukje Nieuw-Zeeland te vermelden? Geen idee maar misschien wel zo goed want voorlopig is het nog een verborgen pareltje, alleen bekend bij de locals en nog heerlijk 'tourist free'!
De laatste avond op Nieuw-Zeelandse bodem gaan we, uit pure nieuwsgierigheid, eten in het enige restaurant in de buurt: Rangiriri Tavern - in 't begin van de vakantie al vermeld - 150 jaar oud - uit de tijd van de kolonisten en zo ziet het er nog steeds uit, ook van binnen. Een puur Engelse inrichting. Een besteltoog voor het eten en een besteltoog voor de drankjes. We kiezen lamsschenkel met muntsaus en een mix van zeevruchten, een verse salade en lekkere frietjes. De porties zijn zo groot dat we er een paar dagen van kunnen eten 😊. Gelukkig staan er plastic meeneembakjes op de toog (wat hier een gewoonte schijnt te zijn).
Reactie plaatsen
Reacties