GR 128 Vlaanderenroute - etappe 5: op pad langs de Leie van Wontergem naar Deurle.

Gepubliceerd op 23 juni 2025 om 15:12

Wandelschoenen aan, rugzak om en het hoofd vol verwachtingen. Zo begint onze 5e etappe van de GR 128 Vlaanderenroute, van Wontergem naar Deurle. Deze etappe, ongeveer 21 kilometer lang, voert je dwars door het schone Leielandschap, waar cultuur, kunst en natuur moeiteloos in elkaar overvloeien. Het is een stukje Vlaanderen waar je niet alleen je benen, maar ook je zintuigen volop de ruimte kan geven.

Zie ik daar een paar lezers bedenkelijk de wenkbrauwen fronsen? Waarom begin je bij de 5e etappe? Wat is er mis met die eerste 4? Helemaal niks natuurlijk behalve dat de Vlaanderenroute een wandelproject is van de kleindochter en ik af en toe een eind mag meestappen 😊. Vandaag dus etappe 5 en wij nemen jullie graag mee op pad om te lezen, te zien en te proeven van alweer een heerlijke wandeling!

 

Wontergem – Grammene: in het land van de meersen

Onze dag start vroeg in het Oost-Vlaamse Wontergem onder een grijs gevlekte wolkenhemel waar een zielig buitje uitvalt, net niet genoeg om onze regenjassen nat te maken. Het dorp lijkt nog te slapen als we onze eerste stappen op de Vondellos zetten en ijverig zoeken naar die magische wit-rode streepjes, zo kenmerkend voor een GR of Grote Route en voor ons symbool van avontuur en ontdekking.

Langs de Vondelbeek en over het Knuppelpad naast de spoorlijn, door open akkerland en nat grasland waar een houten vlonder verdwijnt in een tunnel van groen struikgewas - dit zijn de Vondelmeersen, een onverwacht stukje natuur dat behoort tot de Zeverenbeekvallei. Het 200 hectare groot moerassig veengebied met knotwilgen en elzen en riet en wilde zegge is Europees beschermd als onderdeel van Natura 2000. Zeldzame planten en dieren en hun leefgebied zijn daardoor verzekerd van een ongestoorde groei en bloei. Dus beste wandelaar, laat de salamandertjes en kikkertjes en meerkoeten en fleurige bloemetjes hun lieve gang maar gaan.   

We kruisen de Vondelbeek en staan even stil bij het merkwaardige betonnen spoorwegbruggetje, een historisch restant van de oude spoorverbinding Gent – De Panne. Donker van ouderdom is de inscriptie nog net te lezen maar het is vooral de datum 22.7.1940 en de afbeeldingen van een sikkel en een hamer die een belletje doen rinkelen. Wat googlewerk vertelt ons dat de brug tijdens WO II in sneltempo door de nazi’s werd gebouwd nadat de Belgische troepen de bestaande brug hadden opgeblazen om de opmars van het Duitse leger tegen te houden. Oorlogsherinneringen, nooit verder weg dan een paar passen …  

 

Grammene – Deinze: langs de langste oude Leiearm

Via de trage wegen en de maïsvelden in Wontergem wandelen we naar de asfaltwegen en de keurige woonwijken van Grammene. Nooit van gehoord en dat maakt deze GR net zo leuk, de ontmoeting met onbekende landelijke dorpjes in Vlaanderen. Nochtans bestond Grammene reeds in de middeleeuwen, met een eerste vermelding in 1121 als ‘zeer klein dorp gelegen op de linker Leieoever dat leefde van de landbouw en de vlasteelt’. De lichte en vochtige grond en de nabijheid van de rivier waren de ideale ingrediënten voor een bloeiende vlasindustrie sinds de 19e eeuw. Er wordt nog steeds vlas gekweekt in de streek tussen Grammene en Deinze, niet meer op zo’n grote schaal als in de hoogdagen van het linnen, toch kan je niet naast het vlasverleden van dit dorp: van de Vlasrotersroute tot een oude, niet meer gebruikte vlasroterij waar ooit de vlasvezels in grote betonnen waterkuipen werden losgemaakt van de vlasstengel.

Onderweg naar het centrum van Grammene zien we op een driesprong een keurig gerestaureerd kapelletje. Sinds 1920 zorgt Onze-Lieve-Vrouw hier voor ‘Altijddurende Bijstand’.

’t Schepenwegeltje leidt ons recht naar de dorpskerk, een typisch Leiekerkje op een verhoogje aan een oude, afgesneden Leiearm. De achthoekige toren (beschermd en gebouwd begin 14e eeuw), omringd door kleinere torentjes, staat fotogeniek te pronken tussen het groen van de knotwilgen en de lindebomen.    

In de Koffiebeekstraat komen we langs één van de erfenissen uit de vlasgeschiedenis van Grammene. Inderdaad, die oude vlasroterij. Mis het niet, dat ietwat verwaarloosde industriële gebouw van bakstenen en beton aan de oevers van de rivier die de volgende kilometers, tot in Deinze, ons wandelgenootje wordt.

Een houten loopsteiger compleet met terrasje en uitzicht op het water, waar riet en wilgen voor een natuurlijke afboording zorgen, is onze eerste kennismaking met het stilstaand water van de oude Leiearm waar enkel de wind wat rimpels in trekt.

Van de Koffiebeekstraat naar de Natte Meersen, een trage weg met weiland aan de ene kant en water aan de andere kant. Dit zijn de leuke wandelpaadjes waar het zalig genieten is van al het moois dat de Vlaamse natuur ons gratis aanbiedt. De kleine, nog onrijpe vruchtjes van de sleedoorn, de kleurrijke bessentrosjes van de Gelderse roos, de notelaar getooid met onherkenbare okkernoten in een stevige groene bolster en het felrood van de wilde zure kers een decor als een schilderijtje!  

Nog meer maïsvelden en stakerige bomen onder dikke grijze wolken waar de zomerzon voorlopig niet doorheen komt. Aan het eind van de oude Leiearm gaan we linksaf, de Meirekouter in, die naar de andere kant van het water voert. Het kunstwerkje in de gras met de woorden ‘Nooit meer Oorlog’ is heel toepasselijk in deze tijd waar elke week een nieuwe oorlog wordt uitgevochten.

Aan fotomomentjes geen gebrek op onze tocht door de velden met een schilderachtig zicht op de kerk van Grammene en aan de horizon het vage silhouet van een ijzeren spoorwegbrug, volgens onze GR 128 wandelgids, de Lorenzobrug. Deze opmerkelijke brug, met een massieve en robuuste uitstraling, inclusief graffiti, werd gebouwd in 1855 voor de spoorlijn Deinze – Tielt – Adinkerke. Opgebouwd als een 3D puzzel, gemaakt van ijzeren balken die met meer dan 80.000 klinknagels aan elkaar vastzitten, dit meesterwerk levert alvast geweldige doorkijkjes op!    

Onder en over de brug zetten we de wandeling verder, langs een amper zichtbaar modderpad, overwoekerd door hoge netels en nog hogere rietstengels (een lange broek was misschien een beter idee geweest dan een kort wandelrokje!), de rivierarm opnieuw aan onze rechterkant.

We ruilen de Leiearm, de houten vlonders, de natuurweggetjes, de akkers en hooivelden voor rustig asfalt met in een bocht van de baan, een kapelletje bedolven onder het groen van boomtakken en struikgewas. Vlaamse wegen en kapelletjes, ze horen bij elkaar als spek met eieren. Deze valt op door de knalkleuren en het Heilig Hartbeeld, dat zich moest bukken om binnen te geraken.

Op het Schipdonkkanaal, met het groen van de Brielmeersen zichtbaar op de rechteroever, glijden indrukwekkend lange vrachtschepen haast geruisloos over het spiegelgladde wateroppervlak. Vanaf deze plaats wordt de Leie opgesplitst in een breed kanaal, geschikt voor containerschepen, en een toeristische rivier die slingerend zijn weg zoekt richting de monding in Gent.

We steken het kanaal over en lopen zo het bloemrijke Kaandelpark in met zijn romantisch gekruld witgeschilderd bruggetje. We staan in het centrum van Deinze, tussen de terrasjes op de Markt waar een regenbuitje dan toch voor wat nattigheid zorgt en waar onze GR 128 wandelgids, op een millimeter na, nog net niet in een rioolputje verdwijnt. We hebben een pauzeke nodig, dat is duidelijk!

 

foto's website https://langsdeleie.be/nl/erfgoed/gebouwen/deinze/oude-vlasroterij-grammene/

Deinze – Bachte-Maria-Leerne: tussen schrijvers en kasteelheren

Het doet deugd, die snack en dat drankje, in de schaduw van de Onze-Lieve-Vrouwekerk, een beschermd monument uit de 14e eeuw met zicht op de Leie. Een magisch plekje want het haantje bovenop de toren krijgt het zo maar gedaan om een streepje blauw aan de grijze hemel te toveren.

Hebben we tot nu toe vooral langs de oude afgesneden Leiearm gelopen, nu is de ‘echte’ of ‘toeristische’ Leie aan de beurt, die Leie die als vanouds door het landschap meandert en ons een uniek en schitterend natuurparadijs geeft dat schilders en schrijvers al langer dan een eeuw inspireert tot het maken van meesterlijke kunst.

We volgen de Leiedam waar, aan de overkant van het water, de imposante baksteenarchitectuur van het industriële verleden van Deinze te bewonderen valt. Van 1890 tot 2020 was dit een maalderij waar bloem geproduceerd werd. Nu is het complex beschermd erfgoed en krijgen de historische gebouwen een nieuwe bestemming in een modern jasje.

Het stadscentrum vervaagt in de verte en oude geschiedenis wordt ingeruild voor strakke nieuwbouw tussen het groen van struikgewas en bomen en weilanden. Oude knotwilgen geven onderdak aan de allerkleinste boswezentjes in fantasierijke kabouterhuisjes, een groot contrast met de immense, groter dan groot, villa’s waar een bootsteiger (uiteraard mét boot) een essentieel verlengstuk van het gazon lijkt te zijn.

Als een lang krullend lint volgt het jaagpad de rivierboorden. Voorbij een zomerbar - helaas gesloten op deze bewolkte maandag – en langs de graslanden van de Rekkelingemeersen en De Leyhoek bereiken we, na een paar kilometer, het Sas van Astene. Beschermd dorpsgezicht en één van de meest romantische hoekjes van Deinze, Astenesas is een verplichte stop. Wie wil uitblazen kan op het terras van ’t Oud Sashuis terecht. Nu een nostalgisch dorpscafé (met klein museum) maar in 1860 waren dit 2 sasmeesterhuizen - ooit dé ontmoetingsplek van schippers en saswachters maar ook de plek waar beroemde Astense schilders zoals Emile Claus en Constant Permeke en later schrijver/schilder Hugo Claus inspiratie vonden in het landschap en de rivier. Leuk weetje: de grootvader van Hugo Claus was een van de Astense sasmeesters.

Ze heeft een gezegende leeftijd, die vaalgroene ophaalbrug aan de sluis in Astene. Al bijna 130 jaar brengt ze voetgangers, fietsers en een zeldzame auto van de ene kant van de Leie naar de andere kant en ze wordt nog altijd met de hand open- en dichtgedraaid, net zoals in 1896.

De Leie die we hier zien is blijkbaar geen ‘echte’ Leie maar een uitgegraven kanaaltje dat 5 km bochtige rivier omzeilt. De meander werd in 1861 afgesloten en op de nieuwe vaart werden een sluizencomplex en een ophaalbrug gebouwd, een authentiek en historisch onderdeel van dit dorp aan de Leie.

Van het water over een grindpaadje naar een bankje … picknicktijd met zicht op de Oost-Vlaamse koeien. Na de lekkere broodjes kaas en smos kaas/hesp/sla/tomaatjes wandelen we verder om, net voor het Ooidonkbos begint, af te slaan naar de Leiemeersdreef en de Graaf Henridreef. Hier begint het pittoreske domein van het bekende Kasteel Ooidonk met lange deftige dreven, oude boerderijen, monumentale eiken en weilanden en akkers omgeven door statige beuken en populieren. Het zou zo maar eens kunnen dat een koets, getrokken door 4 paarden, voorbij zoeft … adellijke dames en heren uitgenodigd op het kasteel voor een zomers tuinfeest.

Geen koets met paarden en geen tuinfeest voor deze 2 stappers, ook geen kasteelbezoek want op maandag zijn kasteel én omliggende tuinen gesloten voor het publiek. Tussen het groen van bomen en struikgewas moeten we tevreden zijn met een glimp van de slotgracht, een rond torengebouw en een kasteel in een metalen harnas van bouwsteigers. Ook sprookjeskastelen hebben af en toe nood aan een opknapbeurt. En gezien de eerbiedwaardige ouderdom van Kasteel Ooidonk zijn er sinds het ontstaan in de 12e eeuw heel wat verbouwingen en renovaties nodig geweest om van een versterkte boerderij en waterburcht uit te groeien tot een prachtige domein in een 45 ha groot park met het Ooidonkbos als jachtterrein.

Interessant detail:

*Het kasteel wordt nog steeds bewoond door dezelfde adellijke familie t’Kint de Roodenbeke die in 1864 het kasteeldomein aankocht.

*Het kasteeldomein en de wijde omgeving zijn sinds 1995 een beschermd monument.

Na een laatste blik op het poortgebouw, een kasteelwaardige inkom met zijn 2 torens en kunstig smeedijzeren hek, worden we de Ooidonkdreef ingestuurd. Deze historische kasseiweg, omrand met oude lindebomen als wachters uit lang vervlogen tijden, verbindt het kasteel met de Blauwe Poort, de enige toegangspoort die overgebleven is van de oorspronkelijke 7 poorten. Ze kan zo in een Disneyfilm, die romantische poort met een eenzame prinses opgesloten boven in de toren, wachtend op de prins uit het kasteel. 

Geen prinses in de toren maar duiven en de Blauwe Poort heeft rode luikjes maar de kasseitjes leiden de wandelaar nog steeds naar het dorpscentrum van Bachte-Maria-Leerne, een vredige oase met pareltjes van huizengevels die ons doen dromen.  

 

foto website Kasteel Ooidonk

Bachte-Maria-Leerne – Deurle: door een Vlaams kunstlandschap

Het laatste deel van de etappe begint met een vervelend stukje gewestweg waar gelukkig een fatsoenlijk fiets- en voetpad naast ligt. En daar is de Leie terug, met een mini-jachthaven aan haar groene oevers, in een landschap dat tot de verbeelding spreekt.

De wandelroute slingert zich verder langs schaduwrijke lanen en luxueuze villa’s in fantastisch aangelegde tuinen terwijl de rivier rustig door blijft stromen zonder ons. Het is wel duidelijk waarom Deurle ‘een van de mooiste dorpen van Vlaanderen’ wordt genoemd. De straatjes zijn bezaaid met kunstgaleries en musea want voor veel Vlaamse kunstenaars was en is het Leielandschap nog steeds een inspirerende bron van creativiteit.

Afsluiten doen we in de dorpsstraat met zijn leuke restaurants, typische lage boerenhuisjes en zijn charmante dorpsplein met kerk, kerkhof, oude pastorie, café en stevige kastanjeboom.

 

Info GR 128

  • Dit Grote Routepad begint in Wissant in Noord-Frankrijk en eindigt in Aken in Duitsland.
  • De totale afstand is 480 km, bestaande uit verschillende delen die onderverdeeld zijn in dagetappes.

Praktische tips

  • Officieel beginpunt van etappe 5 is de kerk van Wontergem. Daar ga je linksaf, 300 m de Dentergemstraat volgen en net voor de spoorlijn, rechtsaf de Vondellos inslaan.
  • Eindpunt is het dorpsplein van Deurle.
  • Lengte: ongeveer 21 km, ideaal voor een dagtocht met nog genoeg tijd voor foto’s en een lunchpauze.
  • Bewegwijzering: volg de wit-rode markeringen van de GR 128. De route is duidelijk aangeduid en het is zelden zoekwerk.
  • Ondergrond: afwisselend verharde en onverharde paden, waarbij sommige veldpaadjes nogal overwoekerd zijn en bij regenweer modderig kunnen zijn.
  • Bereikbaarheid: Wontergem is bereikbaar met de trein tot station Deinze en vandaar met de bus. In Deurle kan je gemakkelijk de bus terug naar station Deinze of Gent nemen.

 

Mijmeringen aan het einde van de dag

Na 21 km zit ons hoofd vol met beelden van het wiegende riet langs de Leie, van kasteelpoorten en -torens, van verstilde dorpjes en lange dreven met stoere bomen.

Wat deze etappe zo bijzonder maakt, is de constante afwisseling tussen natuur en water met genoeg boeiende stops om de wandeling ook voor cultuurliefhebbers aantrekkelijk te maken. De rivier neemt de wandelende mens mee, van bocht naar bocht met telkens een nieuw en verrassend verhaal.

Een aanrader deze 5e etappe van de Vlaanderenroute, voor het gevoel van vrijheid, het gevoel van vertragen en voor al het moois dat de Leiestreek te bieden heeft.

Tot op het pad – tot ergens op de GR 128!


Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.